arcoenanne.reismee.nl

India deel 8 puducherry - havelock - chennai

3 maart

Het hotel viel een beetje tegen, maar gelukkig hadden we snel alle muggen doodgeslagen, dus hebben heerlijk geslapen. Eerst lekker door de stad gebanjerd. Het oude centrum is Frans- koloniaal, dat is goed te zien aan de talloze prachtige oude pandjes die hier staan, overal wordt verbouwd en opgeknapt aan de nu al mooie binnenstad.

We bezoeken het museum doen wat inkopen, drinken een goede bak koffie voor de prijs waar we normaalgesproken twee maaltijden voor hebben en vertrekken naar een ander hotel. Daar hebben we een heerlijk zwembadje waar we dan ook de middag verder doorbrengen met koekenbakken.


4 maart

Vanmorgen gaan we een kookworkshop doen. Eerst werken we twee ontbijten naar binnen met uitzicht op de zee. Hier komt de zon op uit in plaats van dat hij ondergaat in de zee, we zitten aan de oostkust.

Stipt tien uur zijn we op de plek waar we gaan koken. We worden welkom geheten door een superaardig vrouwtje waarvan ik de naam ben vergeten. Zij gaat ons Indiaas leren koken en we hebben geluk want vandaag zijn wij de enige twee deelnemers. Met de tuktuk gaan we eerst naar de markt inkopen doen. Overal krijgen we uitleg en overal moeten we foto’s maken van alle kraampjes, marktkooplui en koopwaar, dus dat doen we braaf.

Met onze buit gaan we naar de keuken, waar we vier gerechten gaan maken: sambar (een soort linzencurriesaus) die je hier overal bij krijgt, een wittekool gerecht, paneerbuttermasala (de saus van butterchicken, maar dan met hele jonge kaas ipv kip erin, en carrothalwa (een toetje met peen). Het gaat allemaal best snel, de kruiden vliegen ons om de oren maar het resultaat is de zaligste buttermasalasaus die we ooit ophebben, hopelijk kunnen we die in Nederland nogmaals reproduceren. Het leuke van een kookworkshop is, dat je ook veel tijd hebt om met een local te kletsen die goed Engels spreekt. Zonder problemen komen we alles te weten over gewoonten en bijzonderheden van haar leven in India.

Na het verorberen van ons zelfgemaakte feestmaal gaan we een heerlijke bak koffie doen en weer richting ons zwembadje


5 maart

Weer een relaxte dag voor de boeg met als eerste op het programma Auroville. Dit is een soort gemeenschap van idealisten die een geldvrije, religievrije woonplek willen creëren waar iedereen samenwerkt en in vrede met elkaar samenleeft. Er wonen 2400 mensen uit landen van over de hele wereld. Een van de speerpunten is goed onderwijs voor iedereen en je hele leven blijven ontwikkelen en leren. Ze zetten ook allerlei projecten in de omgeving op mbt onderwijs, duurzame energie, afvalverwerking, verantwoorde landbouw enz zodat de mensen uit de omgeving er ook bij gebaat zijn. Het letterlijke centum van de gemeenschap is een supergrote banyanboom met daar omheen mooie tuinen en een soort van gebouw wat dient om tot rust te kunnen komen. Leuk om eens op googlemaps te kijken naar de plattegrond van de gemeenschap en dan met name het centrale gebouw. Wel indrukwekkend wat ze uit de grond gestampt hebben.

Vervolgens weer ff lekker aan ons zwembadje en naar de stad voor een pizzaatje.


6 maart

Met de wind in de rug de ruim 90 kilometer naar mahabalipuram gewaaid. Een erg relaxed kustplaatsje waar we allereerst de tempels en afbeeldingen bezocht hebben die uit de granieten rotsen zijn gehouwen. Die dingen zijn zo’n beetje 1400 jaar oud, maar omdat graniet zo hard is, nog zo goed als nieuw. Bizar om te zien wat een werk ze gehad moeten hebben om al die ruimten en afbeeldingen uit het keiharde graniet te beitelen.

Dit dorp is nog steeds het dorp van de steenhouwers. Als ik wat meer lef en handelsgeest had gehad, zou ik een container met al de prachtige beelden naar Nederland laten gaan. We werden aangesproken door een jongen die beeldjes en sieraden maakt van steen, we kochten wat kleine dingen en vervolgens heeft hij ons zijn winkeltje laten zien en verteld over het bewerken van de steen. Hij heeft vijf jaar opleiding gevolgd om steenbewerker te worden en hij had inderdaad fantastisch mooie dingen staan.

Het is hier heerlijk rustig vergeleken met de stad, nauwelijks getoeter en herrie, dus misschien plakken we er nog wel een daagje achteraan hier, maar eerst maar eens een maaltje prawns naar binnen werken.


7 maart

We blijven toch nog maar een dag alvorens naar Chennai te gaan. Na het ontbijt verkassen we naar een heerlijk hotelletje met een lekker zwembad waar we in de schaduw een beetje kunnen lezen, luieren en dus zwemmen. Ik denk dat we vandaag ongeveer zes uur liggend op onze strandbedden door hebben gebracht, afgewisseld door een slentergang naar het restaurant aan de andere kant van het zwembad.


8 maart

Soort van de laatste bestemming van de vakantie, Chennai. Ongeveer 20 kilometer voor het hotel begint het zo druk te worden dat onze fietsbehendigheid weer op de proef gesteld wordt. Propvolle bussen rijden ons voorbij, mensen hangend uit de deuren, Chennai is druk. Gelukkig staat er een windje en is het qua temperatuur nog te harden. Onderweg komen we langs een bubbelplastic en sealfolieman, dus we slaan gelijk spullen in om de fiets in te kunnen pakken op de terugreis. Verder hebben we nog een tussenstop bij de decatlon en slaan daar nog wat sportshirts in voor in Nederland.

Bij aankomst in het hotel worden we aangenaam overvallen door de koele airco in de ontvangstruimte. We slapen in de islamitische wijk, dus de mannen hebben witte hoedjes op en de vrouwen hoofddoeken. Er hangt op zich wel een prettige gemoedelijke sfeer, iets wat we ook weleens anders meegemaakt hebben in islamitische wijken. De mensen zijn vriendelijk en de meals smaken ook hier prima.


9 maart

Annemarie moet nog wat werken dus ik ben erop uit gegaan. Eerst naar de kapper; een zaakje van 1,5 bij 2,5 meter met twee halfvergane stoelen en van die Indiase kappersdingen, zoals waterspuit die bestaat uit een colafles met daarop een verstuiver gedraaid (wel met water i.p.v. cola erin natuurlijk). Als ik aan de beurt ben, neem ik plaats in de stoel. Ik krijg de keuze tussen kort of medium, en kies voor de eerste optie. De stoel kan niet naar beneden dus de kapper moet alles uit de kast halen om er goed bij te kunnen, ondanks dat ik zo ver mogelijk onderuit ga zitten. Zwijgend doen we beiden ons ding en na afloop tik ik €1,50 af en vertrek.

De volgende stop is het fort. Één halte met de metro waar het heerlijk koel is. Maar des te groter is de klap buiten; de gruwelijke hitte bespringt me van alle kanten. Tot overmaat van ramp sta ik aan de verkeerde kant van het fort, de ingang is aan de andere kant, twee kilometer verderop. Inmiddels gutst het zweet alle kanten van mijn lijf, dus besluit het fort te laten voor wat het is en weer de airco van metro en hotelkamer in te vluchten, ik probeer het later wel op de fiets, dan heb je tenminste wat rijwind die afkoelt.

Na afkoelen op de hotelkamer hebben we de spullen gepakt en zijn we naar een hotel vlak naast het vliegveld verhuisd. Op de weg daarheen toch nog even bij het fort wezen kijken, maar dat was eigenlijk niet zo heel bijzonder. Deels zijn we langs de kust gefietst, een breed mooi zandstrand, maar de lucht van de rivier die er in zee uitkomt weerhield ons ervan te gaan zwemmen. Een stukje verderop kwamen we lans de viskraampjes, waar de vers gevangen vis verkocht wordt, de kleine vissersbootjes en netten lagen op het strand en ook stonden er een soort provisorische hutjes waar de vissers denk ik wonen. Meestal zien we het niet eens meer, maar het verschil tussen rijk en arm is hier gigantisch. De vissers hadden nog een soort van hutjes, maar er zijn ook zat mensen die op straat leven en echt letterlijk een hondenleven hebben. Ze liggen dan in een hoekje op straat en moeten het doen met wat hun toegeworpen wordt. Als je gevoelig bent voor menselijk leed, zijn sommige plekken in India geen goede bestemming. Het klinkt misschien hard, maar we zijn er inmiddels een beetje immuun voor geworden.

We zijn naar de omgeving van het vliegveld gegaan, zo kunnen we morgen makkelijk naar onze vlucht. Om 6 uur willen we daar zijn voor een vlucht naar Port Blair op de Andaman eilanden. Daarvandaan willen we verder naar een ander eiland, maar het schijnt dat boten erg snel volzitten, dus we hopen dat we ook echt daarheen kunnen waar we willen. We kunnen het grootste deel van de bagage in het hotel laten en de fietsen hebben we vandaag naar de fietsenmaker gebracht voor een checkup/schoonmaak beurt, dus als het goed is, kunnen we die over een dag of vijf weer helemaal fris ophalen.


10 maart

Wekker om vijf uur, maar we waren voor vijf uur al wakker (vast van de spanning, want vandaag gaan we voor ons gevoel op vakantie). We lopen de twee kilometer naar het vliegveld, waar onze tickets inderdaad geboekt bleken te zijn (van indigo hadden we een bevestiging gekregen, maar volgens e-dreams was de vlucht geannuleerd).

We vliegen dus naar port Blair, twee uur vliegen over de Bengaalse zee. De Andaman-eilanden horen bij India, maar liggen ongeveer 1500 kilometer van India vandaan, dichtstbijzijnde vaste land is Myanmar op ongeveer 600km. De check bij de luchthaven is bij aankomst versoepeld; tot voor kort hadden alle buitenlanders een speciaal permit nodig, maar dat is vervangen voor een lijstje met verboden (we mogen sommige delen van de Andaman eilanden niet betreden omdat hier nog stammen uit het stenen tijdperk wonen die beschermd worden (enige tijd geleden is er toch nog iemand zo eigenwijs geweest met een kano naar zo’n deel te varen en heeft dit door de ontvangst met pijl en boog niet na kunnen vertellen).

Als we de luchthaven aflopen worden we door verschillende taxichauffeurs besprongen. We weten eigenlijk niet precies waar we heen moeten, alleen dat we met de ferry naar Havelock willen en dat vandaag (zondag) de governmentferries niet varen. Maar onze chauffeur weet precies wat we willen. We stappen in zijn fantastische geel-zwarte Ambassador van 39 jaar oud. Ooit een chique wagen met leren hemelbekleding en pluche zittingen. Kermend komt de mobiel tot leven bij het omdraaien van de contactsleutel. Om het ijs te breken, begin ik een praatje met de chauffeur, die, zo blijkt, vijfendertig jaar geleden met zijn vrouw vanuit Chennai naar Port Blair is gekomen. Daar heeft hij een vier jaar oude, prachtige Ambassador gekocht en is taxichauffeur geworden. Wat kan het leven toch eenvoudig zijn als je zelf eenvoudig kan leven. De beste man brengt ons bij een schimmig kantoortje waar we kaartjes voor de priveferry kunnen kopen die wel vaart. Vervolgens breng hij ons bij de juiste haven. Hier zijn we met nog één blanke de enige westerse toeristen, tussen de locals. Voordat we aan boord gaan, werken we een een bak instant noedels naar binnen, die we door het getraliede loketje konden kopen bij de snack-corner ter plaatse. De bestelling doorgeven is, zoals bij alle loketten lastig omdat het gat waar je doorheen moet praten voor die lange lijven van ons altijd veel te laag zit.

We reizen derde klas, geen uitzicht naar buiten, kotszakjes paraat. Maar gelukkig kunnen we na 5 minuten varen het hok verlaten om op het dek plaats te nemen. Even later gaat de muziek aan en de sfeer komt er aardig in. Als na een poosje de mensen steeds meer in de vakantiemodus gaan, gaan de remmen los en wordt er volop gedanst en gezongen op het dek (ondanks het strikte alcoholverbod wagen de mensen zich dus snel aan een dans).

De omgeving wordt mooier en mooier, helder blauwe zee, witte stranden de dichte jungle. Na 2,5 uur varen, meren we aan op Havelock, waar we onze hotelkamer betrekken en nog even een rondje lopen om de omgeving te verkennen.

‘s Avonds raken we nog aan de praat met onze buurman, een jonge gozer die op huwelijksreis is. Na wat over en weer gepraat, vraagt hij of wij getrouwd zijn. Ja dus. Hoe lang dan? 15 jaar. Hoeveel kinderen hebben jullie? Geen. Huh: in India maken ze dan grappen over je, betekent dat je geen sex met elkaar hebt. Aha, zo zit dat dus;-)

‘s Avonds nog genieten van de miljoen sterren die hier te zien zijn, bijna net zo’n mooie sterrenhemel als we eerder in ons tentje in Chili en Argentinië hebben gezien, en lekker naar bed.


11 maart

Checkout is om 8:00am. Geintje zeker, maar nee, het is op heel het eiland zo. Omdat om 9 uur de boot komt en gaat. De nieuwe mensen zijn er om 9:30 en de vertrekkers gaan toch vroeg weg.

We pakken tuktuk naar het volgende dorp, waar we voor de komende drie nachten geserveerd hebben. Weer een heerlijk plekje waar we snel onze spullen neergooien, zwemkleren aan doen en naar het strand lopen. En wat voor een strand; deze komt beslist in de top 3 van mooiste stranden die we ooit gezien hebben, na de stranden bij Bastimentos in Panama op nummer 1 en voor de Perhentians in Maleisië op 3. Wit koraalzand, licht blauw/turkoois water en de groene palmen en jungle op de achtergrond.

We hebben heerlijk liggen luieren en een boek liggen lezen, vergezeld van een hond die bij ons op de handdoeken kwam liggen en ieder ander blaffend wegjoeg; locals, vogels of andere honden werden luid blaffend tegemoetgetreden en als de indringers verdwenen waren en we weer met z’n drieën overbleven, kwam het beest weer bij ons liggen.

Tussendoor zijn we nog even kaartjes voor de ferry wezen kopen voor de terugreis over drie dagen. We willen dan met de governmentferry, die een stuk goedkoper is. Daarvoor moeten we in de rij. In de rij staan werkt hier anders; je moet goed oppassen dat er niemand voordringt en, ook al is er ruimte, degene die achter je staat, gaat tegen je aan staan. Verder zijn er hier bij officiële dingen als het kopen van kaartjes, op het vliegveld en in de metro aparte rijen voor mannen en vrouwen. In Chennai en Bangalore, waar we de metro hebben gebruikt hebben, moesten we zelfs door detectiepoortjes, ik werd daarna gefouilleerd door een man, Annemarie moest in een soort pashokje om gefouilleerd te worden door een vrouw. Ook hebben we regelmatig een mall bezocht waar je ook altijd door een detectiepoortje moet. Deze gaat altijd piepen, maar je mag altijd toch doorlopen. Verder moet je dan de tas door de scanner gooien, maar degene die de beelden moet bekijken is meestal bezig op haar telefoon, of in ieder geval niet met het bekijken van de beelden.

Als we een de beurt zijn, en bijna op ons knieën door zo’n veel te laag gat in het glas van het loketje doorgeven wanneer we willen, typt de belangrijk uitziende beambte driftig onze paspoortgegevens in zijn computer en uiteindelijk braakt de printer onze tickets uit.


12 maart

Het s hier ‘s nachts heerlijk koel, een graadje of 24. We hebben de airco dus eigenlijk niet beslist nodig. Dat was in Chennai wel anders, daar doe je als verwende Nederlander geen oog dicht zonder airco. Heerlijk geslapen in ons kingsizebed en lekker vroeg wakker. De zon is hier tussen half zes en half zes in de lucht, dus om kwart over vijf begint het te schemeren.

Ik ga naar buiten om een boek te lezen en ook onze Indiase buurman is al buiten. Hij is samen met zijn vrouw en zoon op vakantie, vannacht hebben we overigens zijn zoon een paar keer horen kotsen, maar dat terzijde. Het gebruikelijke praatje over waar we vandaan komen en of the Netherlands nou hetzelfde als Holland is. Verder vragen de mensen ook steeds naar de koers roepie - euro. Op de een of andere manier is dat echt een ding hier. Volgens mij denken ze dat wij in Nederland 77 keer zo rijk zijn als in India omdat de koers 1 op 77 is. Telkens moeten we uitleggen dat we helemaal niet zo rijk zijn en dat alles in Nederland ook gewoon duur is. (Al overdrijven we wel een beetje naar beneden als de mensen vragen wat onze fietsen kosten en hoeveel ons salaris is, ja de mensen vragen gewoon ongegeneerd alles wat de mensen in Nederland wel zouden willen vragen, maar wat meestal niet gevraagd wordt).

Sowieso zijn de volwassenen hier vaak in onze ogen net grote kinderen; ze laten ongegeneerd boeren, spugen op straat, joelen en gillen als kleine kinderen als ze (in hun gewone kleren) in de zee aan het spelen zijn, kijken in je portemonnee als je aan het betalen bent, willen in onze handremmen knijpen, dringen voor in de rij, enzovoorts.

Na het ontbijt, waar de buurman opnieuw precies dezelfde vragen stelt, maar nu met vrouw en zoon als getuigen, huren we twee fietsen. Drie van de vier remmen doen het niet en één nauwelijks. Verder zit er gigantisch slag in het wiel en kunnen de zadels niet hoog genoeg, maar we kunnen fietsen. We rijden een kilometer of 8 de weg af langs prachtige stranden waar we dus een aantal stops inlassen om het kristalheldere, warme water in te duiken. Verder is het vooral luieren en een boek lezen. Tussen de middag werken we nog wat fruit naar binnen en daarna gaan we de andere kant het eiland over. Opnieuw een drukte van belang. Een strand ziet er heel anders uit dan in Nederland. De meeste mensen staan of lopen. Iedereen heeft al zijn kleren nog aan (een enkele man uitgezonderd die in ontbloot bovenlijf rondloopt). Er zijn maar weinig mensen in zee. En zoals ik eerder schreef; de volwassenen die in zee zijn joelen en gillen als kleine kinderen.

Een kwartier voor zonsondergang stappen we op de fiets. Het leek ons niet verstandig op deze fietsen, zonder licht, de 8 kilometer kronkelende, heuvelachtige, smalle weg te fietsen als iedereen met de auto na zonsondergang opstapt. Op de terugweg stop ik nog in het dorp bij de liquorshop. Het is dringen om bij de schimmige toonbank te komen en ook nog een tevergeefs, want ze blijken geen bier te hebben. Er is alleen vodka, Bacardi en andere sterke drank te krijgen.


13 maart

Tja wat moet ik ervan zeggen. Wat kan er nog beter zijn dan een leven op de Adamans? Na heerlijk geslapen te hebben, slenteren we naar ons ontbijt wat voor ons klaargemaakt wordt.

Daarna, om niet al te lui te worden doen we tweemaal onze 7 minuten workout om een beetje fit te blijven. Vervolgens is het twee minuten lopen naar het mooist denkbare strand, waar het inmiddels een graadje op 28 is, met een heerlijk verkoelende bries. Als het wat aan de warme kant dreigt te worden, plonsen we het lauwwarme blauwe zeewater in. Tussen de middag eten we fruit; de mangoboom achter ons huisje produceert dagelijks ruim voldoende zoete en ontzettend sappige mango’s die gratis voor het oprapen liggen. Vervolgens begeven we ons weer naar het strand. Als de zon zich een beetje terugtrekt gaan we lekker douchen om daarna onszelf op te maken voor het eten. In het kleine, gezellige restaurantje schuiven we op onze vaste plek aan. Voor de vorm bekijken we grondig de menukaart alvorens een keuze te maken. Er staan talloze gerechten op, maar omdat we van de meesten toch niet weten wat het is, prikken we er op de gok twee uit. Een verkeerde keuze maken is niet mogelijk, er verschijnen steevast twee stalen schaaltjes met twee overheerlijke gerechten, een schaal met basmatirijst en een schaal met chiapatti, naan, of roti. Een fles mineraalwater maakt het feest compleet. Twee deuren verder sluiten we af met een bak koffie en er is weer een dag voorbij.


14 maart

Ondanks dat de tijd hier stilgestaan lijkt te hebben, is onze tijd op havelock toch voorbij. Helaas moeten we opstappen. We staan vroeg op om eerst de zonsopgang om 5:30 te gaan bekijken en kruipen daarna nog even terug in bed. Een uurtje later ontbijten. Ik maak nog een laatste babbel met de eigenaar van ons hotel en vraag hem hoe het gaat bij noodgevallen op het eiland. Eenmaal per dag gaat er een heli, maar de rest moet met de ferry. De meest schrijnende gevallen zijn ongelukken met slachtoffers. Als er ‘s avonds iemand gewond raakt, moeten ze wachten op de ferry van 9 uur de ochtend erna en dan zijn ze na 11 uur op Port Blair. Je overlevingskans bij erge bloedingen, beroertes, lastige bevallingen ed is hier toch wat minder gunstig dan in Nederland, maar ja dat is de prijs voor wonen in het paradijs.

Daarna spullen inpakken en naar de ferry. De 2 uur op de ferry vliegen voorbij met uitzicht op de eilanden waar we voorbij varen.

In Port Blair hebben we een hotelletje geboekt en de riksja brengt ons er heen. De chauffeur spreekt of begrijpt geen Engels zoals wij dat spreken, maar gelukkig hebben we onze kaart zodat we zelf weten waar we heen moeten. Als we ons geïnstalleerd hebben in onze kamer, pakken we opnieuw de riksja richting de markt, waar we onze magen kunnen vullen.

Vervolgens bezoeken we de gevangenis. Ruim 100 jaar geleden is deze gebouwd door de Engelsen als strafkolonie voor de politieke gevangenen die voor onafhankelijkheid streden en in opstand kwamen tegen de Engelsen. Ontsnappen had geen zin met 1000 kilometer zee om het eiland. De meeste gevangenen hebben het eiland niet meer levend verlaten. In de gevangenis moesten ze onmogelijk zwaar werk doen en als ze de gestelde doelen voor ene dag niet haalden kregen ze onmenselijke straffen. Op een naburig eilandje hadden de Engelse overheersers een paradijsje voor zichzelf gemaakt met mooie huizen, tennisvelden, bedienden en een leven in overvloed.

Voor mij was deze bladzijde uit de geschiedenis toch een beetje een blinde vlek waar we in ons Nederlands onderwijs niet zo veel over leren (of ik heb niet goed opgelet bij geschiedenis). Ongetwijfeld hebben onze Nederlandse overgrootouders zich in Indonesië en andere overzeese gebieden ook zo als beesten gedragen en de oorspronkelijke bevolking uitgezogen en mishandeld als ze in opstand kwamen.

De rest van de dag hebben we wat gerelaxt en zijn lekker op tijd gaan slapen.


15 maart

Na het ontbijt gaan we richting airport. Een gemiddeld busstation in een redelijke stad is groter dan het vliegveld in Port Blair, dus het is lekker overzichtelijk. Met de vlucht van 2 uur verlaten we dan toch echt het paradijs van de Andaman-eilanden.

Bij aankomst in Chennai proberen we bij een informatiebalie te achterhalen of het OK is als we de fietsen wrappen in plastic (we hebben eenmaal een slechte ervaring in Bangkok gehad waarbij er ineens karton omheen moest en we de fietsen niet mee konden nemen naar Sri Lanka). Maar als het goed is, zou plastic voldoende moeten zijn dus daar gaan we maar van uit.

Vervolgens gaan we weer naar het voor ons bekende hotelletje, waar het grootste deel van onze bagage nog op ons staat te wachten. Daarna gaan we de fietsen ophalen bij de fietsenmaker. Als we aankomen, zien we ze als staan, als nieuw. Sam heeft een grote beurt gehad en is helemaal uit elkaar geweest; werkelijk elk boutje en ringetje is losgeweest en opgepoetst. San heeft een kleine beurt gehad, want met de Rohloff naaf is er wat minder onderhoud nodig, maar ook die glimt weer als een tiet. Heerlijk om weer op lekker schone, geoliede fietsen te fietsen, dwars door de kleine straatjes van het drukke Chennai fietsen we de 13 kilometer terug naar ons hotel met natuurlijk wat sap- en koffiestops.


Reacties

Reacties

Corrie Deuling

Wat heben we weer heerlijk genoten van jullie verhalen! Heerlijk om te lezen,de mooie foto's en video's te zien. Gezellig dat jullie ons laten meegenieten.

Leo van Andel

was erg leuk om te volgen mbt wat jullie zoal beleefd hebben....zit er weer bijna op begrijp ik. Groet.

Lies

Ik heb weer genoten van jullie avontuur!!! Geweldig gewoon!

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!